peul

Peul

Peultjes (ook wel sluim(er)erwten of mangetouts) kunnen vergeleken worden met de doperwt, maar bij peultjes kan de gehele peul in jonge toestand gegeten worden. Peultjes behoren tot de groep van de peulgewassen. De peulgewassen vormen een grote groep planten van de vlinderbloemenfamilie en leveren eiwitrijk voedsel op. Bovendien hebben de planten een positieve invloed op de bodemvruchtbaarheid. Ze kunnen voedingsstoffen uit diepere grondlagen naar boven halen en stikstof die ze via wortelknobbelbacteriën uit de lucht kunnen opnemen, laten ze voor een deel in de grond achter als voedsel voor het bodemleven en de volgteelt. Ze zijn dus erg belangrijk voor onze vruchtwisseling.

Bewaring

Verse peulen moeten zo snel mogelijk verbruikt worden. Vochtverlies en smaakverlies zijn hiervan de reden. In de koelkast kan je maximum 5 dagen bewaren, verpakt in een plastic zakje.

Bereiding

Peultjes hoef je niet te doppen! De peulen worden geoogst voordat ze volgroeid zijn. De jonge peulen eet je in zijn geheel, dus nog met de jonge (onvolgroeide) erwtjes erin. Bij sommige peulen zitten er langs de randen draden. Deze moeten goed verwijderd worden, samen met de beide punten van de peul. Dit wordt "afhalen" genoemd.

Peultjes kunnen op verschillende manieren bereid worden. Kort gekookt of gewokt zodat ze knapperig blijven, of lang gestoofd met boter zodat ze zacht worden zijn twee uitersten.